Datum:
|
6 feb 2010 | |||
Naam:
|
Winterserie | |||
Organisator:
|
cwsv Prinses Marijke | |||
Plaats:
|
Geldermalsen | |||
Aantal km’s:
|
40 | |||
Duur ±:
|
7,5 uur | |||
Google Earth | Garmin-file | GPX-file | Foto’s |
De laatste test voor Winterswijk. Daar er maar 17,5 uur ter beschikking is voor de 80 km, moet het tempo in het begin goed omhoog. Da’s dan ook het streven voor deze dag.
Ruim op tijd rol ik de parkeerplaats op. Er is nog plaats genoeg. In het startlokaal is het behoorlijk druk. Inschrijven, kop koffie, waterfles vullen en een bezoek aan het toilet zijn de noodzakelijke bezigheden.
Wil zou ook meelopen vandaag, dus even buiten kijken of ie al in de buurt is. Niemand te zien. Nadat de grote meute is vertrokken, haal ik ook maar de routebeschrijving voor de 40 km op, reset m’n gps en ga goed gemutst op stap. 40 Km dus, dat moet dan binnen 8 uur afgewerkt worden. Als het weer maar mee wilt werken. Hierin had de vereniging een kleine omissie gemaakt. Ze waren vergeten op tijd de J-BOM in te zetten: de Joker, Belast met het Optrekken van de Mist.
Over het parcours hangt een grauwe deken van mist. Van de diverse mooie natuurgebieden zie ik uiteindelijk maar een langgerekte strook van zo’n 200 meter links en recht van de weg. De rest verdwijnt in de mist.
Geldermalsen. Al gauw denk je aan de Bloesemtocht, Mariënwaard, Beesd en de Linge. Gelukkig werden we door de trackbouwer een geheel andere richting opgeleid. De linkergrens van het operatiegebied werd de spoorlijn Den Bosch-Utrecht; rechtergrens was de rivier de Lek. Hier en daar zaten er redelijk wat lange rechte einden in, maar door de mist viel dat niet op.
Ondanks een prima temperatuur (ja ja, in Spanje is het warmer), was hier en daar de weg pardoes verraderlijk glad. Met een stevig tempo kon dat wel eens verkeerd uitpakken.
De eerste rust verscheen al vrij snel na 8 km vanuit de mist. Een prima kop koffie en een plakje peperkoek werd hier smakelijk weggewerkt en hups snel weer op pad om geen tijd te verliezen.
Via wat asfaltwegen en een vergeten halfverhard paadje gaan we richting Beusichem. Nooit van gehoord. In een dorpshuis was de 2e rust. Moet ik nu alweer pauze houden? Deze rustplek werd akkoord bevonden om wat uitgebreid te bezoeken bij de tweede rotatie. Dus nu geen pauze maar door naar de Lekdijk.
Van de Lek heb weinig gezien. Jammer van al dat haastige verkeer op de dijk. Via Het Rondeel met zijn prachtige villa en De Plantage, waar de gemeentelijke volière was, wordt Culemborg genomen. Het lag in de bedoeling om in het centrum in een horeca wat te nuttigen en Wil op te wachten maar voor ik het wist was ik alweer het oude centrum uit, op weg naar weer Beusichem.
De mist begon al wat op te trekken, waardoor er meer gelegenheid kwam om foto’s te maken. Jammer dat langs de weg zoveel rommel lag. Hoezo, Nederlanders een proper volkje.
Weer aangekomen in het dorpshuis van Beusichem, trakteerde ik mezelf op een heerlijke kop tomatensoep en een tosti. En zie daar, Wil meldt zich ook aan de bar. Hij zat maar een kwartiertje achter mij. Na een uitgebreide gezellige pauze die globaal zo’n uur duurde, zijn we gezamenlijk op gegaan voor de laatste 13 km met een kleine rust in het pannenkoekersrestaurant.
Via Zoelmond en Asch naar Buren. Die plaats kwam me bekend voor. Ooit hier met Wolfje gelopen bij een Kennedymars. De skyline van Buren met zijn molen en prachtige toren was al van ver te zien. Al pratend en kijkend betraden we het oude centrum. Direct werden we links af gestuurd, een oud straatje in richting de molen.
Het was echt ‘sightseeing Buren’. Zigzaggend door het centrum om uiteindelijk aan de zuidzijde het dorpje te verlaten. ‘Hallo, waar is het panne(n)koekersrestaurant?’ Een medewandelaar deelde ons vriendelijk mee dat dit aan de noordzijde van het stadje lag. RODODENDRON! Dan maar geen panne(n)koek.
Van hieruit was het niet meer zover. Via Buurmalsen werd uiteindelijk Geldermalsen bereikt, waar we ons tegoed deden aan een vers glas cola en een appel. Uiteindelijke daarwerkelijke wandeltijd: 6 uur en 50 min. We hadden dus beide het gevoel prima te hebben gelopen.
Tegenover ons zaten twee broodmagere maar kwieke heren, die ook hadden meegelopen. Laat ik hierover kort zijn. De inhoud van het gesprek was van dien aard, dat ik uiteindelijk tot de slotsom kwam, dat ik nog heul veul moet trainen wil ik ooit in de nabijheid van deze ‘hazen’ komen. Of dat ooit zal lukken, ik denk het niet.
De laatste test voor Winterswijk. Daar er maar 17,5 uur ter beschikking is voor de 80 km, moet het tempo in het begin goed omhoog. Da’s dan ook het streven voor deze dag.
Ruim op tijd rol ik de parkeerplaats op. Er is nog plaats genoeg. In het startlokaal is het behoorlijk druk. Inschrijven, kop koffie, waterfles vullen en een bezoek aan het toilet zijn de noodzakelijke bezigheden.
Wil zou ook meelopen vandaag, dus even buiten kijken of ie al in de buurt is. Niemand te zien. Nadat de grote meute is vertrokken, haal ik ook maar de routebeschrijving voor de 40 km op, reset m’n gps en ga goed gemutst op stap. 40 Km dus, dat moet dan binnen 8 uur afgewerkt worden. Als het weer maar mee wilt werken. Hierin had de vereniging een kleine omissie gemaakt. Ze waren vergeten op tijd de J-BOM in te zetten: de Joker, Belast met het Optrekken van de Mist.
Over het parcours hangt een grauwe deken van mist. Van de diverse mooie natuurgebieden zie ik uiteindelijk maar een langgerekte strook van zo’n 200 meter links en recht van de weg. De rest verdwijnt in de mist.
Geldermalsen. Al gauw denk je aan de Bloesemtocht, Mariënwaard, Beesd en de Linge. Gelukkig werden we door de trackbouwer een geheel andere richting opgeleid. De linkergrens van het operatiegebied werd de spoorlijn Den Bosch-Utrecht; rechtergrens was de rivier de Lek. Hier en daar zaten er redelijk wat lange rechte einden in, maar door de mist viel dat niet op.
Ondanks een prima temperatuur (ja ja, in Spanje is het warmer), was hier en daar de weg pardoes verraderlijk glad. Met een stevig tempo kon dat wel eens verkeerd uitpakken.
De eerste rust verscheen al vrij snel na 8 km vanuit de mist. Een prima kop koffie en een plakje peperkoek werd hier smakelijk weggewerkt en hups snel weer op pad om geen tijd te verliezen.
Via wat asfaltwegen en een vergeten halfverhard paadje gaan we richting Beusichem. Nooit van gehoord. In een dorpshuis was de 2e rust. Moet ik nu alweer pauze houden? Deze rustplek werd akkoord bevonden om wat uitgebreid te bezoeken bij de tweede rotatie. Dus nu geen pauze maar door naar de Lekdijk.
Van de Lek heb weinig gezien. Jammer van al dat haastige verkeer op de dijk. Via Het Rondeel met zijn prachtige villa en De Plantage, waar de gemeentelijke volière was, wordt Culemborg genomen. Het lag in de bedoeling om in het centrum in een horeca wat te nuttigen en Wil op te wachten maar voor ik het wist was ik alweer het oude centrum uit, op weg naar weer Beusichem.
De mist begon al wat op te trekken, waardoor er meer gelegenheid kwam om foto’s te maken. Jammer dat langs de weg zoveel rommel lag. Hoezo, Nederlanders een proper volkje.
Weer aangekomen in het dorpshuis van Beusichem, trakteerde ik mezelf op een heerlijke kop tomatensoep en een tosti. En zie daar, Wil meldt zich ook aan de bar. Hij zat maar een kwartiertje achter mij. Na een uitgebreide gezellige pauze die globaal zo’n uur duurde, zijn we gezamenlijk op gegaan voor de laatste 13 km met een kleine rust in het pannenkoekersrestaurant.
Via Zoelmond en Asch naar Buren. Die plaats kwam me bekend voor. Ooit hier met Wolfje gelopen bij een Kennedymars. De skyline van Buren met zijn molen en prachtige toren was al van ver te zien. Al pratend en kijkend betraden we het oude centrum. Direct werden we links af gestuurd, een oud straatje in richting de molen.
Het was echt ‘sightseeing Buren’. Zigzaggend door het centrum om uiteindelijk aan de zuidzijde het dorpje te verlaten. ‘Hallo, waar is het panne(n)koekersrestaurant?’ Een medewandelaar deelde ons vriendelijk mee dat dit aan de noordzijde van het stadje lag. RODODENDRON! Dan maar geen panne(n)koek.
Van hieruit was het niet meer zover. Via Buurmalsen werd uiteindelijk Geldermalsen bereikt, waar we ons tegoed deden aan een vers glas cola en een appel. Uiteindelijke daarwerkelijke wandeltijd: 6 uur en 50 min. We hadden dus beide het gevoel prima te hebben gelopen.
Tegenover ons zaten twee broodmagere maar kwieke heren, die ook hadden meegelopen. Laat ik hierover kort zijn. De inhoud van het gesprek was van dien aard, dat ik uiteindelijk tot de slotsom kwam, dat ik nog heul veul moet trainen wil ik ooit in de nabijheid van deze ‘hazen’ komen. Of dat ooit zal lukken, ik denk het niet.
Leave a Reply